Dus leg een loopplankje vanuit het water naar de oever. Halverwege het loopplankje zit de valkuil. kreeftje loop op de plank. Sensor ziet dat het een kreeft is. Als de kreeft ter hoogte van de valkuil gekomen is gaat het luikje open en de kreeft is gevangen.
De sensor kan zijn: glasvezel met lichtstraal (met een trilling) of een lichtstraal die doorbroken wordt of een stuk duurder camera met of zonder "kreeftgezicht" herkenning.
Het valluik kan werken als een brugdek dat naar beneden openklapt. Dat gebeurt pas als de kreeft op hte valluik is. Als het loopgedrag van een kreeft constant is dan kan het valluik openklappen x seconde nadat de kreeft gepasseerd is. Als onduidelijk is hoe snel een kreeft over een plankje loopt dan is een extra sensor nodig. Een veer kan het valluikje heel snel openen. Een motortje is nodig op het luikje weer te sluiten. Als een motortje te duur lukt het wellicht ook met het mechaniek een een ouderwetse klok met gewichten.