Tegenwoordig meet een op afstand bestuurbaar peilbootje de bodemhoogte tot op de centimeter nauwkeurig.
Werking
Met een GPS-ontvanger aan de bovenzijde meet het bootje de positie en met de sonar aan de onderzijde meet het de diepte. Deze gegevens worden direct omgerekend naar RDNAP (Rijksdriehoeksmeting Normaal Amsterdams Peil). De medewerker die het bootje vanaf de waterkant bestuurt, krijgt de data direct te zien. Aan het einde van het traject haalt hij een usb-stick met de verzamelde gegevens uit het bootje, waarna ze op kantoor worden geladen in het Geografisch Informatie Systeem (GIS). De data worden dan automatisch vergeleken met de legger, een kaart van de originele waterloop. Als daaruit blijkt dat er meer dan 15 centimeter bagger op de bodem ligt, kleurt dat deel van de waterloop rood op de kaart. Zo is direct inzichtelijk voor welke delen van het traject baggerwerkzaamheden ingepland moeten worden.
Initiatiefnemer is bedrijfsleider Jos van der Stappen, die behoefte had aan een meer nauwkeurige meetmethode omdat de reguliere berekening - door de diepte van de peilstok af te zetten tegen de waterlijn en de diepte van een nabijgelegen duiker - altijd een schatting was. Het bootje is ontwikkeld met de firma Eyewings.
Het bootje wordt ingezet in het hele werkgebied van Aa en Maas. De methode met het peilbootje is sneller én nauwkeuriger dan de handmatige manier van meten. Belangrijk is wel dat er in de winter of vlak ná het maaien wordt gemeten, want begroeiing op de bodem kan het bootje misleiden. De planning voor de inzet van het bootje wordt hierop afgestemd.
Op een aantal punten is het bootje nog kwetsbaar. Hier wordt aan gewerkt.