De klassieke fuikmethode is duur, arbeidsintensief en levert onvoldoende gegevens. Dit maakt het kwantificeren van de (verwachte) schade en effectiviteit van eventuele bestrijdings-/reductiemaatregelen lastig.
Doel
Onderzoeken of met de environmental-DNA techniek (eDNA) een eenvoudigere, goedkopere en betrouwbaardere uitspraak kan worden gedaan over de populatiedichtheid van de Amerikaanse rivierkreeft in de watergangen van Delfland.
Doorlopen stappen
In deze pilot is onderzocht of met eDNA de populatiedichtheid van Amerikaanse rivierkreeft kan worden voorspeld. De resultaten zijn vergeleken met de klassieke fuikmethode.
In april 2020 is het project afgerond en zijn de resultaten opgeleverd. Delfland heeft zich na afloop van het onderzoek gericht op het delen van de resultaten in vakbladen en met andere waterschappen en laboratoria.
Eindresultaat
Er lijkt een verband te zijn tussen de eDNA methode en de resultaten van het fuik-onderzoek. Het doorontwikkelen van deze eDNA-toepassing lijkt kansrijk.
Aquon heeft aangegeven deze techniek verder te willen verkennen met de intentie om tot een bruikbaar product te komen voor de monitoring van rivierkreeften. Ook andere laboratoria hebben hun interesse geuit. Met deze kennis kan de Amerikaanse rivierkreeft beter worden gemonitord en mogelijk effectiever worden bestreden. Het vervolg is afhankelijk van de resultaten van Aquon en de ontwikkelingen op het gebied van het wegvangen van rivierkreeften. Delfland volgt deze ontwikkelingen bij Aquon en zet in op het verder onder de aandacht brengen van de resultaten bij andere partijen.